Onderwerp: Publicaties

Mest, compost en bodemvruchtbaarheid 8 jaar proefveld Mest als Kans

2 mei 2011

Wat betreft onderhoud van de bodemkwaliteit is de bemesting een maatregel waar de boer het makkelijkst in kan variëren. Onzekerheid over de uiteenlopende eigenschappen van meststoffen maakt dat de keuze van meststoffen sterk wisselt tussen bedrijven. Op het proefveld Mest als Kans worden 13 verschillende bemestingstrategieën vergeleken. Diverse soorten dierlijke mest, plantaardige compost en minerale mest zijn bij het onderzoek betrokken. Het proefveld Mest als Kans te Lelystad laat zien wat het effect na 8 jaar is van uiteenlopende meststoffen, van dierlijke mest, plantaardige compost tot minerale mest. De invloed op opbrengst, productkwaliteit, bodemkwaliteit, milieueffecten en klimaatverandering wordt belicht. Lees verder

Effect meerjarige toepassing groenbemester en organische mest op bodemkwaliteit bij continuteelt mais? : 2e rapport project Zorg voor Zand = Effect of long-term application of cover crops and organic manure on soil quality in a continuous maize production system : 2nd report project Care for Sand

2 mei 2011

In 2005 is onderzoek gedaan naar het effect van meerjarige toepassing van groenbemester en organische bemesting op diverse bodemkwaliteitskenmerken bij continuteelt van snijmaïs op zandgrond. De conclusie is dat het effect op de bodemkwaliteit en gewasopbrengst van organische bemesting wat groter was dan van groenbemester. De biologische activiteit werd nauwelijks beïnvloed door beide behandelingen Lees verder

Gebruiksnormen van meststoffen in de praktijk, getoetst in 2004 en 2005

2 mei 2011

Het doel van dit onderzoek is het toetsen van de voor 2009 geldende gebruiksnormen voor meststoffen (dierlijke mest en kunstmest) in praktijksituaties. De gebruiksnormen voldoen in theorie aan de milieueisen van de EU-nitraatrichtlijn en zijn gebaseerd op veronderstellingen over i) de verdeling van aangevoerde nutriënten over bodem en gewas en ii) het lot van N in de bodem. De toetsing richt zich op deze veronderstellingen. De volgende onderzoeksvragen worden beantwoord: 1. Leidt strikte toepassing van de gebruiksnormen 2009 op perceelsniveau tot in de wet veronderstelde benutting van meststoffen (gewasopbrengsten)?; 2. Hoeveel minerale stikstof blijft in de bodem in het najaar achter? ; 3. Wat is het lot van N in de bodem? Welk deel komt in het grondwater terecht?; 4. Wat is de invloed van waterhuishouding, grondgebruik, bemesting en graslandgebruik op de nitraatconcentraties in het bovenste grondwater? Dit rapport doet verslag van de resultaten van de eerste 2 meetseizoenen. Per onderzoeksvraag worden voorlopige conclusies getrokken. Voor hardere conclusies zijn meer meetjaren nodig. Het onderzoek wordt voortgezet Lees verder

Groeiseizoen is nog niet voorbij

2 mei 2011

Teeltadviseur Simon van Houwelingen adviseert nu nog te spuiten tegen roest in berk en els, anders stopt de gewasgroei, terwijl veel zaailingen nog niet de maat hebben bereikt Lees verder

Vooral in de zomer vergt bemesting extra aandacht : goed sturen vereist goede informatie

2 mei 2011

In de zomer heeft het gewas door de hogere instraling en extra verdamping veel behoefte aan water en voedingsstoffen. Behalve de kwantiteit is de samenstelling van het gietwater van groot belang om zowel de gewenst productie als kwaliteit te realiseren. Temeer daar telers in de zomer vaak moeten overschakelen op water van mindere kwaliteit. Dat vereist extra aandacht en meetdiscipline, stelt Martien Melissant van toeleverancier Van Iperen Lees verder

Sommige kunnen economisch uit : kosten emissiearme huisvestingssystemen vleeskuikens doorgerekend

2 mei 2011

Onlangs werd onderzoek gedaan naar de exploitatie van emissiearme huisvestingssystemen voor vleeskuikens. De resultaten worden in tabellen gepresenteerd en toegelicht Lees verder

Mest- en mineralenkennis voor de praktijk : de teelt van gras op droge zandgronden

2 mei 2011

Related Links Bekijk het volledige artikel

Toepassingsmogelijkheden van vloeibare NPK-meststoffen in de akkerbouw

2 mei 2011

Is het gebruik van vloeibare meststoffen voor de akkerbouw zinvol? Voordeel van vloeibare meststoffen is dat ze beter geplaatst en gedoseerd kunnen worden dan vaste meststoffen. Daarnaast kunnen ze gemakkelijker in allerlei concentraties worden gemengd en toegediend. De belangrijkste toepassingen zijn het volvelds verspuiten van urean in granen en aardappelen en injecteren (rijenbemesting) van ammoniumwater (cultanmethode) voor aardappelen en NP-meststoffen voor fosfaatbehoeftige gewassen. In normale jaren geven vloeibare meststoffen geen meeropbrengst in akkerbouwgewassen. Alleen in extreme jaren (bij droogte en natte) kan een beter resultaat worden verkregen. Het verspuiten van urean is alleen rendabel voor de grote graanbedrijven in het noorden van het land. Het gebruik van de cultanmethode in aardappelen is niet rendabel. Bij rijenbemesting op klei en leem kunnen vloeibare NP-meststoffen wel voordelen bieden. Onder natte omstandigheden treedt minder snel versmering op, dit omdat er dunnere toedieningskouters worden gebruikt. In de toekomst kan bij het verder verfijnen van bijmestsystemen en rijenbemesting (lagere geadviseerde giften) mogelijk een hoger rendement met vloeibare meststoffen worden behaald Lees verder

Kali en nog eens kali; Minimale bemesting grasland voor mest naar biologische akkerbouwer

2 mei 2011

Al jaren is melkveehouder Huib Bor op zoek naar mogelijkheden om het bemestingsniveau op zijn grasland te minimaliseren. Want hij wil niet alleen zijn eigen grasland bemesten, maar ook een collega biologische akkerbouwer van mest voorzien. In het kader van Bioveem is onderzoek gedaan naar de gevolgen van verschillende bemestingsniveaus. Het kaliumgehalte blijkt van cruciaal belang Lees verder

Effect van effectieve micro-organismen (EM) in slachtkuikenmest op suikerbieten

2 mei 2011

Het gebruik van slachtkuikenmest in de akkerbouw stuit bij de teelt van suikerbieten op problemen, omdat de stikstof veelal vrij laat beschikbaar komt. Dit gebruik heeft daardoor een nadelige invloed op het suikergehalte en op de winbaarheid. EM (= Effectieve Micro-organismen, zoals bacteriën, schimmels en gisten) zouden toegevoegd kunnen worden aan de mest, zodat een deel van de stikstof al tijdens de stalperiode wordt omgezet in microbiële stikstof. Deze microbiële stikstof zou tijdens het groeiseizoen sneller beschikbaar moeten komen voor de plant. Op de PPO-locatie Kooijenburg te Rolde zijn gedurende twee jaar proeven aangelegd. Tijdens het groeiseizoen was er alleen een duidelijk effect van het totale stikstofaanbod op de gewasgroei en bij de oogst ook op de wortelopbrengst en het suikergehalte. Het toevoegen van EM aan de mest had geen positief effect op de beschikbare stikstof. Het gebruik van ± 6 ton/ha slachtkuikenmest (met of zonder EM) in combinatie met 25-50 kg kunstmest-N/ha in 2003 en 0-25 kg kunstmest-N/ha in 2004 leverde de hoogste financiële opbrengst. Deze opbrengst was ruim €200,- per hectare hoger dan bij het gebruik van alleen kunstmest. Het gebruik van slachtkuikenmest had geen nadelige invloed op het suikergehalte of de winbaarheid Lees verder